Aansprakelijk zijn voor betaling van de schulden van een ander. Dat kan gebeuren. De wet bevat diverse bepalingen die ertoe leiden dat u verantwoordelijk bent voor schulden of schades die door een ander zijn veroorzaakt. Het meest bekende voorbeeld is de aansprakelijkheid voor schulden als men in gemeenschap van goederen is getrouwd. Zo ook de aansprakelijkheid voor schade die aangericht is door een minderjarig kind. Minder besproken is echter de aansprakelijkheid voor schulden die ontstaat bij zuivere aanvaarding van een nalatenschap. 

De meeste schulden en verplichtingen gaan bij overlijden niet teniet. Schulden van een erflater (lees: overledene) blijven doorgaans opeisbaar en ook de verplichtingen tot overdracht en levering van goederen die de erflater bij leven is aangegaan, blijven bestaan. De verplichting tot voldoening van de schulden en de nakoming van verplichtingen van de erflater, gaan over op de erfgenamen. Afhankelijk van diens relatie met de overledene, kan een erfgenaam al dan niet met deze schulden en verplichtingen bekend zijn. Als erfgenaam is het daarom erg belangrijk om goed te overwegen of hij de nalatenschap van de erflater aanvaardt en zo ja, op welke wijze hij dat doet. Een erfgenaam heeft ook altijd het recht om een nalatenschap te verwerpen. Op het moment dat dit gebeurt, wordt hij met terugwerkende kracht niet als erfgenaam van de nalatenschap beschouwd. 

Een erfgenaam die de nalatenschap zuiver aanvaardt, staat vanaf dat moment ook met zijn eigen vermogen in voor voldoening van de schulden van de erflater. Dit betekent dat schuldeisers van de erflater hun vorderingen behalve op de nalatenschap, ook op het vermogen van de erflater kunnen verhalen. Zuivere aanvaarding van een nalatenschap kan dus tot een groot financieel risico leiden voor een erfgenaam. Bij grote schulden van de erflater kan dit zelfs leiden tot het faillissement van een erfgenaam. Het is daarom erg belangrijk om van enkele zaken doordrongen te zijn, nu een ieder van ons met een nalatenschap kan worden geconfronteerd. 

Een nalatenschap wordt aanvaard of verworpen door een daartoe strekkende verklaring af te leggen bij de Griffie van het Gerecht in Eerste Aanleg. Aanvaarding kan zuiver geschieden of onder voorrecht van boedelbeschrijving, ook wel beneficiaire aanvaarding genoemd. Bij beneficiaire aanvaarding staat een erfgenaam niet met zijn eigen vermogen in voor schulden van de nalatenschap. Wel is het vereist dat de nalatenschap door of namens de erfgenaam conform de bepalingen der wet wordt vereffend en schulden uit de vermogensbestanddelen van de nalatenschap worden voldaan. Beneficiaire aanvaarding leidt aldus tot enige inspanning van de betreffende erfgenaam. 

Let op! Er is een derde mogelijkheid die automatisch leidt tot zuivere aanvaarding van de nalatenschap. Dit gebeurt veelal onbewust en kan niet meer worden teruggedraaid als de verklaring tot beneficiaire aanvaarding of verwerping nog niet is afgelegd. De wet bepaalt dat een erfgenaam die zich ondubbelzinnig en zonder voorbehoud als een zuiver aanvaard hebbende erfgenaam gedraagt, de nalatenschap daardoor zuiver aanvaardt. Dit betekent dat bepaalde gedragingen – ook al worden deze onbewust gedaan – tot zuivere aanvaarding leiden en dus tot persoonlijke aansprakelijkheid voor voldoening van schulden van de nalatenschap. 

Enkele voorbeelden. De erfgenaam die zich inhoudelijk verweert tegen een vordering van een schuldeiser, wordt geacht de nalatenschap zuiver te hebben aanvaard. De erfgenaam die betrokken raakt bij een rechtszaak vanwege een schuld van de erflater, terwijl nog geen verklaring over de aanvaarding of verwerping is afgelegd, doet er goed aan geen inhoudelijk verweer te voeren tegen de gegrondheid van de vordering van de schuldeiser en zo snel mogelijk zijn keuze over de beneficiaire aanvaarding of verwerping van de nalatenschap in een verklaring af te leggen. 

Ook moet een erfgenaam bij het regelen van de uitvaart ervoor waken gelden van de erflater te gebruiken voor kosten die niet aangemerkt kunnen worden als kosten die erop gericht zijn om de erflater een passende uitvaart te bezorgen. Zo werd in 2016 nog geoordeeld dat een erfgenaam die ten behoeve van de uitvaart een bedrag van 500 euro van de bankrekening van de erflater gepind had alsook een keer van dit geld benzine getankt had, geacht werd de nalatenschap zuiver te hebben aanvaard en daardoor persoonlijk aansprakelijk was voor een vordering van ruim 200.000 euro op de nalatenschap. 

Uit rechtspraak volgt dat het antwoord op de vraag of uit gedragingen van een erfgenaam de bedoeling kan worden afgeleid de nalatenschap zuiver te aanvaarden, afhangt van de omstandigheden van het geval. Handelingen die erop gericht zijn de erflater een passende uitvaart te bezorgen, strekken er naar hun aard niet toe ten eigen bate over nalatenschapsgoederen te beschikken. Uit de omstandigheid dat een erfgenaam tot dat doel in redelijkheid gemaakte kosten ten laste van de nalatenschap laat komen, kan niet de bedoeling worden afgeleid de nalatenschap zuiver te aanvaarden. Dit is anders indien de erfgenaam over de goederen van de nalatenschap als heer en meester beschikt. 

De erfgenaam die nog niet zeker weet of hij de nalatenschap wenst te aanvaarden, doet er goed aan om zeer bewust en voorzichtig te handelen en geen goederen of gelden aan de nalatenschap te onttrek-ken of daar zonder meer over te beschikken. Naast het feit dat deze gedragingen kunnen worden beschouwd als zuivere aanvaarding van de nalatenschap, kunnen deze gedragingen ook worden gekenmerkt als het benadelen van schuldeisers van de nalatenschap. 

Het is van groot belang dat de erfgenaam zich bewust is van de mogelijkheid tot het maken van een keuze, te weten de zuivere aanvaarding, de beneficiaire aanvaarding of verwerping van de nalatenschap. Het is zeer verstandig om deze keuze zo snel mogelijk te maken en daarover een verklaring bij de Griffie af te leggen. Bij twijfel over bepaalde (rechts)handelingen ten aanzien van de nalatenschap doet de erfgenaam er goed aan zich juridisch te laten informeren, zodat ongewenste financiële risico’s worden vermeden.